In het kort
- Je hebt een grotere kans op deze dingen:
- Je krijgt een hoge bloeddruk.
- Er gaat te veel bloed van de ene naar de andere baby.
- 1 baby of beide baby’s groeien niet goed.
- Je baby’s worden te vroeg geboren.
- Je krijgt daarom veel controles.
- Eet gezond, rook niet en drink geen alcohol. Dan kunnen je baby’s beter groeien.
- Slik foliumzuur en ijzertabletten.
Wat is een tweeling met 1 moederkoek?
Jouw baby’s hebben allebei een eigen vruchtzak, maar delen 1 moederkoek (placenta). Je tweeling is 1-eiig. Een 1-eiige tweeling ontstaat uit 1 eicel en 1 zaadcel. Je baby’s hebben dan hetzelfde erfelijke materiaal (DNA).
De navelstrengen van je baby’s zitten vast aan dezelfde moederkoek. Via de bloedvaten op deze moederkoek krijgen je baby’s zuurstof en voeding. Via de moederkoek stroomt er bloed van de ene baby naar de andere baby en andersom.
Wat moet je regelen als je een tweeling krijgt?
Tijdens een zwangerschap van een tweeling moet je deze dingen regelen:
- Bedenk goed welke spullen je dubbel moet hebben.
- Bespreek met de kraamhulp dat je een tweeling krijgt. Vraag uitgebreide kraamhulp aan. Bekijk je ziektekosten-verzekering om te weten wat je vergoed krijgt.
- Maak een afspraak met je werkgever of bedrijfs-arts over aanpassingen op je werk.
- Bedenk en bespreek van wie je hulp vraagt in de kraamperiode. Of vraag gezinshulp aan bij de thuiszorg.
- Als je wilt, kun je contact opnemen met de Nederlandse Vereniging voor Ouders van Meerlingen (nvom.nl) of kijk op de website voor ouders van te vroeg geboren kinderen. Zij hebben veel handige informatie.
Welke klachten kun je hebben als je een tweeling met 1 moederkoek krijgt?
Als je een tweeling krijgt, heb je meer kans op deze dingen:
- Je bent misselijk en moe. Meestal wordt dit beter vanaf de 12e week van je zwangerschap.
- Je hebt harde buiken. Je buik voelt dan ineens hard aan. Dit komt doordat je baarmoeder snel groeit.
- Je hebt pijn in je rug.
- Je hebt bloedarmoede.
Je lichaam gaat in korte tijd extra bloed aanmaken. Via je bloed geef je belangrijke stoffen aan de baby’s, zodat ze goed kunnen groeien. Ook zelf krijgt je meer bloed. Voor het maken van bloed is extra ijzer en foliumzuur nodig. Slik daarom foliumzuur en ijzertabletten. - Je hebt een hoge bloeddruk. Soms merk je dat bijvoorbeeld aan hoofdpijn en pijn bovenin je buik. Dit kan gebeuren in de tweede helft van je zwangerschap.
Een te hoge bloeddruk is niet goed voor je. En ook niet voor je baby’s. Die groeien daardoor niet goed. De arts die veel weet van zwangerschap en bevallen (gynaecoloog) meet je bloeddruk bij elke controle. Soms krijg je medicijnen om je bloeddruk goed te houden.
Risico's bij een tweeling met 1 moederkoek
Bij een tweeling met 1 moederkoek heb je een grotere kans op deze dingen:
Problemen voor beide baby’s
- Je baby’s kunnen aangeboren problemen hebben, bijvoorbeeld van het hart, de zenuwen, de hersenen of de armen en benen. Daarom kun je in het ziekenhuis een uitgebreide echo krijgen bij 13 en 20 weken.
- 1 van de baby’s groeit niet goed.
Dit gebeurt bij 15 van de 100 tweelingen met 1 moederkoek. De moederkoek is dan niet gelijk verdeeld. De kleinste baby krijgt bloed van maar een klein deel van de moederkoek. - De baby’s worden te vroeg geboren.
Gemiddeld is dit bij 35 weken. Worden je baby’s na de 34ste week geboren, dan hebben ze meestal geen grote problemen. De risico’s worden groter als de baby’s voor 34 weken worden geboren. De longen, hersenen, maag en darmen zijn dan nog niet rijp. Te vroeg geboren baby’s kunnen ook sneller ziek worden van bacteriën en virussen. - 1 of beide baby’s kunnen doodgaan.
Problemen tussen beide baby’s
- Bij 1 van de 10 zwangerschappen kan het tweeling-transfusie-syndroom (TTS) ontstaan. Er stroomt dan te veel bloed van de ene baby naar de andere. De baby die te veel bloed pompt, krijgt daardoor zelf te weinig bloed. Daardoor plast deze baby minder en later helemaal niet meer. Die baby heeft dan geen vruchtwater meer. Het vlies van de vruchtzak gaat strak om de baby heen zitten. De andere baby heeft juist veel bloed en gaat veel plassen. Deze baby krijgt te veel vruchtwater in de vruchtzak.
- Bij ongeveer 4 van de 100 zwangerschappen kan tweeling-anemie-polycythemie-sequentie (TAPS) ontstaan. De ene baby heeft bloedarmoede en de andere dik bloed.
Het ziekenhuis in Leiden (LUMC) geeft meer informatie over TTS en meer informatie over TAPS.
Adviezen als je zwanger bent van een tweeling
Deze dingen kun je doen om zo goed mogelijk voor jezelf en je baby’s te zorgen:
- Eet gezond. Dat is goed voor jou en je baby’s.
- Slik 2 tabletjes foliumzuur van 0,5 milligram per dag en ijzertabletten. Zo zorg je ervoor dat je geen bloedarmoede krijgt.
- Rook niet en drink geen alcohol. Hierdoor groeien de baby’s beter.
- Ga door met wat je normaal op een dag doet. Zoals werken, fietsen en autorijden. Je kunt gewoon sporten en seks hebben.
- Bereid je erop voor dat de baby’s misschien te vroeg worden geboren. Of dat ze te weinig wegen of ziek zijn. Soms gaan ze dan eerst naar de couveuse-afdeling. Dat is de afdeling voor vroeg geboren baby’s.
Minder werken en met verlof
Pas je werk aan. Praat hierover met je werkgever en een bedrijfsarts.
- Doe geen nachtdiensten meer en geen overwerk.
- Neem extra pauzes.
- Heb je veel last van misselijkheid en braken, of last van je rug of veel harde buiken? Overleg dan met je werkgever om je werk daarop aan te passen. Dit is het advies van bedrijfs-artsen:
- vanaf de 20e week: maximaal 4 uur per dag werken.
- tussen de 26e en de 30e week: stoppen met werken.
Je zwangerschapsverlof gaat in vanaf de 30e, 31e of 32e week. Je hebt 20 weken verlof. Dit is 4 weken langer dan als je zwanger bent van 1 baby.
- Kijk voor meer informatie op rijksoverheid.nl of arboportaal.nl.
Controles als je een tweeling krijgt met 1 moederkoek
De controles die je krijgt als je zwanger bent van een tweeling zijn altijd in het ziekenhuis.
Dit doet de arts bij een controle:
- Vragen of je harde buiken hebt of dat je bloed of vocht verliest. Dat kan betekenen dat je baby’s eerder geboren gaan worden.
- Je bloeddruk meten.
- De hartslag van je baby’s meten.
- Vragen of je last hebt van een strakke, gespannen buik die snel gegroeid is. Dit kan betekenen dat je tweeling TTS heeft.
Je kunt kiezen om wel of geen onderzoek naar downsyndroom en 2 andere syndromen te krijgen. Dat onderzoek is de NIPT.
Als je baby’s een groter risico hebben op een ziekte, dan kun je een vruchtwater-punctie of een vlokkentest laten doen.
Vanaf 14 weken zwangerschap krijg je elke 2 weken een groei-echo. De arts bekijkt deze dingen:
- Of je baby’s goed groeien, en of er verschil is.
- Of je baby’s genoeg vruchtwater hebben.
- Hoeveel plas er in de blaas van je baby’s zit.
- Hoe het bloed stroomt in de navelstrengen en in de hersenen van je baby’s.
Als 1 van deze dingen niet goed is, krijg je meer controles. Dit is om op tijd te zien of er TTS of TAPS gaat ontstaan.
Bij 20 weken krijg je een uitgebreide echo. Dit is om te kijken of de baby’s aangeboren afwijkingen hebben.
Tussen de 32 en 34 weken bespreek je met de arts de bevalling.
Wanneer bellen als je zwanger bent van een tweeling met 1 moederkoek?
Bel je arts in het ziekenhuis bij 1 of meer van deze dingen:
- Je geeft veel over en spuugt bijna alles wat je eet en drinkt weer uit.
- Je hebt veel harde buiken die meer pijn gaan doen en vaker komen.
- Je hebt steeds pijn onderin je buik of rug.
- Je verliest vocht of bloed via je vagina.
- Je hebt erge pijn in je bovenbuik. Alsof er een strakke band om je bovenbuik zit. De pijn straalt soms uit naar de zijkant van je buik, rug of schouderbladen.
- Je hebt erge hoofdpijn.
- Je ziet sterretjes, je ziet wazig of je ogen kunnen niet tegen licht.
- Je voelt je ziek zonder dat je koorts hebt.
- Je hebt dikke handen, enkels of een dik gezicht (er zit vocht in).
- Je voelt de baby’s minder bewegen.
- Je hebt een gespannen buik die snel groeit.
- Je voelt je onrustig of je bent ongerust.
Bel ook als je denkt dat je bevalling begint. Dat herken je aan 1 of meer van deze dingen:
- Je hebt regelmatige weeën: elke 3, 4 of 5 minuten.
- Je hebt bloedverlies.
- Je verliest vocht via je vagina. Misschien zijn je vliezen gebroken.
Meer informatie voor ouders van een tweeling
Voor contact met andere ouders van een tweeling kun je terecht bij Nederlandse Vereniging voor Ouders van Meerlingen en bij de vereniging voor ouders van te vroeg geboren kinderen. Of kijk bij de Stichting TAPS Support voor contact met ouders met een tweeling met TAPS. Of lees op deze website over ziektes bij nog niet geboren baby’s.
Over deze tekst
Artsen en tekstschrijvers van Thuisarts hebben deze informatie gemaakt met de richtlijn voor artsen over meerling-zwangerschappen.
Lees wie de informatie op Thuisarts.nl maakt.
Lees wat een richtlijn is en hoe die wordt gemaakt.
