De opname
Je bent opgenomen op een dagafdeling. De operatie zelf duurt ongeveer een uur als het eenvoudig is. Meestal verblijf je ongeveer een dagdeel in het ziekenhuis. Een verpleegkundige legt je uit wat er gaat gebeuren en doet controles. Zij/hij brengt je eerst naar de ontvangstruimte van de operatieafdeling. Je krijgt een infuus en bewakingsapparatuur aangelegd.
Operatiekamer
Op de operatiekamer zie je de gynaecoloog die de operatie doet. Het team dat voor je zorgt op de operatiekamer neemt nog eenmaal alle gegevens door. Dan krijg je de narcose. Via het infuus krijg je slaapmedicatie. Je blaas wordt met een katheter leeggemaakt.
Hysteroscopie
De gynaecoloog brengt een dunne buis met camera in de vagina. Dit heet ook wel een hysteroscopie. Als de baarmoedermond te zien is, wordt de buis verder in de baarmoeder geschoven. Via deze buis komt er vloeistof in de baarmoeder waardoor deze een beetje uitzet. Nu kan de gynaecoloog de binnenkant van je baarmoeder op een beeldscherm zien. Als de veertjes uitsteken aan de binnenkant van de baarmoeder, dan kunnen de puntjes met een instrument worden verwijderd.
Laparoscopie
Hierna maakt de gynaecoloog in de onderrand van de navel een sneetje van ongeveer één centimeter. Via dit sneetje brengt zij/hij een kijkbuis met camera in. Dit heet ook wel een laparoscopie. Je krijgt gas in je buik. Zo ontstaat er ruimte om je baarmoeder, eierstokken en eileiders heen. Je krijgt een tweede en een derde sneetje. De gynaecoloog brengt hierdoor de instrumenten in om de eileiders te verwijderen. Daarna verwijdert de gynaecoloog de instrumenten en laat het gas uit je buik lopen. De gynaecoloog of een assistent hecht de wondjes.
Uitslaapkamer
Na de operatie verblijf je op de uitslaapkamer. Als de controles goed zijn, brengt de verpleegkundige je weer naar de afdeling. De verpleegkundige doet regelmatig controles en informeert hoe het met je gaat. Je krijgt pijnstilling via het infuus.
Naar huis
Meestal kun je na een paar uur weer naar huis. Soms is het beter om een nacht in het ziekenhuis te blijven. Bijvoorbeeld als je erg misselijk blijft of veel pijn hebt. Soms adviseert de gynaecoloog om een nacht te blijven als de operatie lastig was. Je kunt niet zelf autorijden. Je krijgt informatie over de verzorging van de wondjes en hechtingen.